De sportwereld ligt op z’n gat. Benen languit over de grond. Zwaaiend met zijn armen in de lucht. Ogen wijd open gesperd. Vragende blik naar de scheidsrechter. Een vuile tackle ging er aan vooraf.
Iemand schopte de sportwereld gemeen onderuit. Met dit resultaat.
Als we de huidige toestand in sporttermen beschrijven dan is in deze situatie onze overheid de scheidsrechter: hij heeft de beste bedoelingen maar is vaak nét te laat om goed te zien wat er nu eigenlijk gebeurde en is altijd het mikpunt van spot (denk aan een type Vertenten, of wacht… misschien toch iemand anders).
De sportwereld is de aangeslagen speler: een dandy die zich ongenaakbaar waant (denk aan een type Neymar met roze haar) ten opzicht van zijn medespelers (andere sectoren in de maatschappij) en flierefluitend over het veld flaneert.
En Corona is de gemene Chinese speler die de hakbijl bovenhaalde, zonder enige aanleiding. Even werd het zwart voor zijn ogen, het licht ging uit en hopsakee, zijn tegenstander doormidden door een tackle met de twee benen vooruit zonder een bal nog maar in de buurt (denk aan een type Ramos op speed).
Na enkele tussenkomsten van de VAR neemt de scheidsrechter onvermijdelijk de enige juiste beslissing: onmiddellijke stopzetting van de wedstrijd.
Er is consternatie. Bij spelers, trainers, voorzitters, fans en zelfs in het VAR busje waar ze verschrikt opkijken van hun smartphone. Supporters kijken elkaar aan, ze geloven hun ogen niet. Het onwaarschijnlijke werd waarheid.
Het begon met één wedstrijd. Het werden er twee. Vervolgens een speeldag. Daarna een volledige nationale competitie. Tot ook een landentornooi het onderspit moest delven. De sportwereld is zwaar geblesseerd. Zelf de magische spons van de ploegarts helpt niet. Het is een doekje voor het bloeden.
En dat voor een wereld waarin renners in ravijnen vallen, er terug uit klauteren en verder fietsen met gebroken botten (zie: Philippe Gilbert). Een wereld waarin spelers en scheidsrechters de volledige boel belazeren en vervalsen maar enkele maanden later doodleuk verder doen alsof er niets is gebeurd (zie: Operatie Propere Handen). Een wereld waarin iemand wereldkampioen wordt, nadien de zaal zelf opkuist en de volgende ochtend terug aan het werk gaat als politieagente (zie: Delphine Persoons). Een wereld waarin een speler van 38 jaar concurrenten die zijn kinderen kunnen zijn tennisles geeft (zie: Roger Federer).
Wel, die ongenaakbaar gewaande wereld ligt plat op z’n gat. Samen met zijn entourage: van de supporters tot de uitbater van het hamburgerkraam dat elke twee weken op zaterdagavond zijn omzet voor de komende twee weken binnenhaalt.
Dat voelt onwezenlijk. In het licht van de situatie is het belachelijk onbelangrijk. Gezondheid plaats sport in de schaduw. Of toch georganiseerde sport. Want de scheidsrechter geeft ons allemaal respijt. We mogen, nee: moeten, blijven bewegen. Alleen of in een soort van LAT-relatie met onze sportbuddy.
Sterker nog, zelf sporten is hét medicijn tegen de hele impasse. En we hebben geluk want zelf sporten is net het mooiste wat er is.
Want geef toe: de alternatieven zijn lachwekkend. Scroll maar even door de tijdslijn van je favoriete sport app. Een werkloze doelman racet online een virtuele race, sportmedia simuleren in FIFA wedstrijden om toch maar krampachtig vast te houden aan hun gekende liedje en in Napels jogt een voetballer met een zonnebril door de straten.
Dan ogen de alternatieven een stuk mooier. Het is hoog tijd dat we ons eigen sportverhaal schrijven en delen met de wereld. Trek uw loopschoenen aan en kom naar buiten. Nu is het moment want alles ligt op zijn gat. Alles, behalve wijzelf.
Laat ons Corona tackelen.
Pingback: De acht meest gelezen SPORT.Blogs van 2020